Leergang Ouderenwerk 3.0

Inhoud cursus

We behandelen thema’s als de oudere in zijn levensfase, de oudere in zijn context, de oudere als regisseur en de oudere en de professional.

Maatschappelijke ontwikkelingen vragen om flexibiliteit en een andere houding van medewerkers in de ouderenzorg en -dienstverlening. Mensen worden ouder, koopkrachtiger en mondiger. De zorg wordt complexer, intensiever en individueler. Door bezuinigingen neemt het aantal medewerkers af, terwijl het aantal mensen dat een beroep op zorg doet toeneemt.

Transities in wonen, welzijn en zorg vragen om anders werken. Ben je er klaar voor?

Er zijn de laatste jaren veel veranderingen en ontwikkelingen op het gebied van wonen, zorg en welzijn. De vraag naar zorg groeit en wordt bovendien complexer en duurder. Bovendien moet er bezuinigd worden op de zorg. Tegelijkertijd zal in Nederland het aantal ouderen de komende jaren toenemen. Door de vergrijzing worden steeds meer mensen vroeg of laat afhankelijk van welzijn en zorg, maar ook de beroepsbevolking vergrijst.

Naast deze ontwikkelingen verandert ook de zorg op zich van aanbod gericht naar vraaggerichte zorg. Het uitgangspunt daarbij is dat de behoeften en zorgvragen van cliënten, patiënten en bewoners centraal staan en het vertrekpunt vormen in het ontwikkelen van het zorgaanbod. Uit onderzoek is al naar voren gekomen dat ouderen zolang mogelijk de eigen regie willen behouden over het eigen leven en het liefst in de eigen omgeving willen blijven wonen. 

Thema's

Om te voldoen aan de veranderende rol van de hulpverleners in de zorg- en dienstverlening aan de oudere mens, komen in de Leergang Ouderenwerk 3.0 de volgende thema's aan de orde:

1. De oudere in zijn levensfase

2. De oudere in zijn context

3. De oudere als regisseur

4. De oudere en de professional

Resultaat van de leergang

Na het volgen van de leergang ben je:

• opgeleid volgens een competentieset die aansluit bij landelijke erkende beroeps-en brancheprofielen;
• bekend met uitgebreide actuele kennis rondom het werken met ouderen; 
• toegerust met vaardigheden op het gebied van omgaan met ouderen en diens sociale netwerken én het participeren in interdisciplinaire- en ketensamenwerking;
• bekend met actuele beleids- en organisatieontwikkelingen rondom het werken met ouderen en in staat deze te vertalen naar jouw eigen functioneren;
• uitgebreid bezig geweest met je persoonlijk professionele houding en competentieontwikkeling rondom het werken met ouderen.

Voor wie

De leergang is voor medewerkers in het verpleegkundig- of sociaal agogische domein die in hun beroepspraktijk werken met ouderen.

De leergang sluit nauw aan op de veranderende rol van de hulpverleners in de zorg- en dienstverlening aan de oudere mens.

Je bent toelaatbaar met:

• minimaal MBO opleiding niveau 4
• minimaal 16 uur per week werkzaam in de beroepspraktijk

De totale studiebelasting is 60 EC (1680 uur). Dit is inclusief de uren die je in de praktijk werkt. De leergang bestaat uit 10 theorie- en trainingsdagen en 10 dagdelen begeleide intervisie. Daarnaast vraagt de leergang circa 8 uur per week thuisstudie.